Oost, west, thuis best

Mijn huid staat in brand. Al mijn neusharen zijn verschroeid. De hitte vreet aan mijn hersenen. Ik hap naar adem, hijg, proest en kreun. Het lukt me niet meer stil te zitten. Het zweet gutst uit mijn poriën. Ik probeer mee te zingen met het gezang: I surrender, I surrender, I surrender… Mijn God, komt hier ooit een eind aan. Ik ben mijn oriëntatie kwijt. Wat is onder, wat is boven? Wat is links, wat is rechts? Ik toucheer de blote vrouwen naast me. Ik schrik, en schuif wat naar achter. Ik hou het niet meer, maar richt me op, vol met mijn gelaat in de brandende lucht. Ik trotseer de vuurgloed.. of toch niet, nee niet meer…. en dan wappert de luifel van de zweethut open. Ronde twee zit erop.. Thank god!

Tijdsvervorming 

‘Vraag het lekker aan haar joh! Fuck, ik ben geen boodschapper!’, snauw ik tegen Karin. We zitten aan tafel voor het avondeten. Ze verstond niet wat Namé zei, ik wel, maar ik weiger te zeggen wat ze zei. Eigenlijk niks aan de hand, zou je zeggen, maar ik ga op slot, spuug verbaal en energetisch vuur, de sfeer slaat om. Alsof zich een onzichtbare negatieve mist over de tafel verspreidt. De meiden zijn doodstil, ik ben stil, Karin is stil. Ik voel van mijn borst tot mijn buik een denkbeeldige knoop, een broeierig gevoel door mijn hele lijf en eromheen. Ik sluit me compleet af. Watskebeurt?!

Sesam open me

Mijn hartstreek voelt broeierig en het ritme van mijn hart versnelt. Ik lees een mailtje van een collega die reageert op een video die ik gemaakt heb. ‘Het kan nog wel wat scherper’, schrijft ze. ‘Goed weekend!’ Scherper, scherper, what the fuck, denk ik. Ik ben hier 6 uur mee bezig geweest. Wat nou scherper. Hoewel ik het ergens wel met haar eens ben, komt het toch rauw op m’n dak. “Had ze niet even kunnen zeggen dat het er goed uit ziet ook..?”, zeg ik tegen mijn thuiswerkcollega Karin. Het is bijna 5 uur vrijdagmiddag, ik ben er wel klaar mee ook. Ik trek een biertje open en laat het los.

Een veilig thuis

Zwevende rode bolletjes, krioelende groene strepen, paarse vormen. Om me heen, onder me, boven me, voor me, waar niet. Overal zie ik dingen. Ik donder er dwars doorheen. Bedenk ik dit nou? Wat gebeurt er? Waar ben ik? Ik open mijn ogen en zie het houten plafond van de ruimte waar ik net was. Och, gelukkig. Ik leg m’n handen op mijn buik en hart. Voel de grond, alles zit er nog, ik ben op aarde. Ik sluit mijn ogen, doe een denkbeeldige gordel vast en stap in een onvergetelijke vijf-dimensionale achtbaan.

Quick fix

“Ben je echt zonder verwachting op retraite gegaan?”, vroeg een collega van de week aan me. Het was maandag en ik was net terug van een retraite in Duitsland. Ik vertelde hem dat ik door de jaren heen heb geleerd mijn verwachtingen voor retraites te minimaliseren. “Geen doel, geen resultaat want het loopt altijd ander dan verwacht. Of in ieder geval, ik probeer het…”